Pensioenakkoord. Wiens belangen behartigt de FNV?

Pensioenakkoord. Wiens belangen behartigt de FNV?

De Tweede Kamer behandelt momenteel het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen, het belangrijkste onderdeel van het Pensioenakkoord dat per 1 januari 2023 in werking moet treden. Deze wet voorziet in een individualistisch beleggingspensioen dat bij pensioenfondsen zal zijn gehuld in de schaamlap die solidariteitsreserve heet. Opmerkelijk is dat deze pensioenhervorming, die kan worden gezien als het toppunt van neoliberalisme, de steun geniet van de vakbonden. Tuur Elzinga, sinds 10 maart 2021 voorzitter van de FNV, is één van de architecten van het Pensioenakkoord. Elzinga was van 2007-2016 senator voor de SP, de partij die altijd te hoop loopt tegen het neoliberalisme. Wat gaat hier mis? Overigens is de SP op dit moment de enige partij die zich tegen het Pensioenakkoord heeft uitgesproken en daarmee tegen de FNV.

Tuur Elzinga, voorzitter van de FNV en één van de architecten van het Pensioenakkoord.

Voorgeschiedenis: de kredietcrisis 2008-2011
De kredietcrisis was het gevolg van fraude in de financiële sector. In de aanloop naar die crisis verkochten Amerikaanse financiële instellingen op grote schaal riskante hypotheken. Gelijktijdig verstopten ze de risico’s van die hypotheken op frauduleuze wijze in ingewikkelde financiële producten (‘financial engineering’) die wereldwijd werden aangekocht, ook door Nederlandse pensioenfondsen, maar uiteindelijk niets waard bleken te zijn. Al met al leidden de strapatsen van Amerikaanse financieel kapitalisten tot een wereldwijde financiële crisis die Neerlands pensioenvermogen met ettelijke miljarden deed slinken. Dit had het startsein moeten zijn van de hervorming van ons pensioenstelsel tot een stelsel dat minder afhankelijk is van de grillen van de financiële sector, bijvoorbeeld een stelsel met meer omslagfinanciering in de tweede pijler.

Het tegendeel geschiedde. Pensioenfondsen, waar vakbonden mede aan het roer staan, kozen er voor om nog meer geld richting Wall Street te pompen in een poging de dekkingsgraden op te pimpen. En na 10 jaar gemodder in de polder kwam er met medewerking van de vakbonden in 2019 een Pensioenakkoord tot stand met als centrale afspraak dat werknemers worden opgezadeld met een van de financiële markten afhankelijk onzeker pensioen. In marketing termen heet dat een transparanter en persoonlijker pensioenstelsel.

Kapitaaldekking versus omslag
Recent pleitte ik, in navolging van de econoom Martin ten Cate, voor een omslagstelsel in de tweede pijler omdat we daarmee met gemak een vast geïndexeerd pensioen kunnen financieren dat de AOW aanvult tot 70% van het gemiddelde inkomen dat een werknemer gedurende zijn loopbaan verdient. Waarom heeft het FNV niet naar deze oplossing gekeken? Wat dreef de FNV er toe om het systeem van kapitaaldekking, d.w.z. het sparen voor het toekomstige pensioen, in het nieuwe stelsel in stand te houden en daarmee het verdienmodel van de pensioen- en vermogensbeheerindustrie?

Dat het hier om grote belangen gaat blijkt uit de uitvoeringskosten van pensioenfondsen die in 2020 de historische grens van € 10 mrd overschreden, een stijging van 15% ten opzichte van het jaar daarvoor. De oorzaak van de grote kostenstijging lag bij de vermogensbeheerkosten die opliepen van € 7,9 mrd tot € 9,3 mrd. Het grootste deel van deze stijging kwam voor rekening van prestatievergoedingen (bonussen) die stegen van € 2 mrd naar € 2,8 mrd. De hoge vermogensbeheerkosten en de bonuscultuur bij pensioenfondsen zouden nodig zijn om de noodzakelijke rendementen te behalen.

Is kapitaaldekking in strijd met het werknemersbelang?
De afgelopen jaren draaiden pensioenfondsen goede rendementen. Bij de beoordeling van kapitaaldekking zouden we echter niet sec naar de rendementscijfers moeten kijken maar ook naar de maatschappelijk-economische dynamiek die achter die cijfers schuil gaat. Dan blijkt dat we met ons kapitaalgedekte pensioenstelsel – 2000 miljard belegd vermogen waarvan 85% in het buitenland – bijdragen aan en deel uitmaken van het maatschappelijk schadelijke systeem van het financieel kapitalisme. Staat de FNV hier wel eens bij stil?

Dit systeem is voornamelijk gericht op de belangen van de aandeelhouders. Uit onderzoek blijkt dat de waardestijging van aandelen van $ 34 biljoen, die het Amerikaanse bedrijfsleven in de periode 1989-2017 creëerde, voor 44% wordt veroorzaakt door een besparing op arbeidskosten. Omdat pensioenfondsen ook beleggen in aandelen kan je je afvragen of ons pensioenstelsel op deze wijze bijdraagt aan de verslechtering van de arbeidsvoorwaarden van werknemers in Nederland en daarbuiten. Als dat het geval is zou ons kapitaalgedekte pensioenstelsel op dit punt contraproductief zijn en dat moet je als vakbond niet willen.

Er valt overigens nog veel meer te zeggen over de beleggingen van pensioenfondsen. Maar ik laat het voorlopig hierbij. Mijn punt is dat de Nederlandse vakbonden een doorwrochte analyse zouden moeten maken van de internationale economische omgeving waarin ons kapitaalgedekte pensioenstelsel fungeert. Academici en vertegenwoordigers van de arbeidsbeweging uit de Angelsaksische wereld, waarin kapitaaldekking ook gangbaar is, hebben die analyse reeds gemaakt en zijn tot de conclusie gekomen dat kapitaaldekking inderdaad contraproductief is.

Essaybundel: The Contradictions of Pension Fund Capitalism, Ed. K. Skerret, J. Weststar, S. Archer, Chr. Roberts, Cornell University Press, 2018

Ten slotte
Door zich achter het Pensioenakkoord te scharen zadelt de FNV werknemers met een onzeker pensioen op terwijl er een beter alternatief is: een betaalbaar en meer zeker pensioen op basis van omslagfinanciering. De FNV handelt hiermee – ik neem aan onbedoeld – in het belang van een selecte groep van grootverdieners in de pensioen- en vermogensbeheerindustrie ten koste van de belangen van miljoenen werknemers. Een duidelijke verklaring voor het falen van de FNV heb ik niet. Ik vermoed dat het te maken heeft met een gebrek aan politiek-maatschappelijk-economisch inzicht, onnozelheid als het ware.