Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in werking getreden

Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in werking getreden
12 april 2017
Op 27 maart jl. is de Wet uitfasering pensioen in eigen beheer in het Staatsblad gepubliceerd (incl. de novelle) waardoor de wet op 1 april in werking kon treden. Ook zijn het Uitvoeringsbesluit loonbelasting (zie bijv. het nieuwe art. 12c inzake de informatieplicht) en de Uitvoeringsregeling loonbelasting (zie bijv. het nieuwe art. 12.3a inzake oprenting ODV met u-rendement) op laatstgenoemde datum aangepast. Voorts – deze zaken zal ik hieronder bespreken – heeft de Belastingdienst een informatieformulier online gezet, zijn er Vragen & Antwoorden door het CAP gepubliceerd en uitvoeringsbesluiten uitgevaardigd.

Informatieformulier
Als de DGA zijn in eigen beheer opgebouwde pensioen wil uitfaseren, d.w.z. afkopen of omzetten in een ODV, dan dient hij binnen 1 maand na de datum van afkoop of omzetting via dit informatieformulier info bij de fiscus aan te leveren. Niet alle vragen op het formulier – zoals de vraag of er afspraken zijn gemaakt over de verdeling van de ODV bij scheiding – zijn logisch. Het devies hierbij is, denk er niet te veel over na en verstrek de gevraagde info. In de aanhef van het formulier staat de volgende onduidelijkheid: “Als u een partner of ex-partner hebt die recht heeft op een deel van uw pensioen in eigen beheer, moet u met elk van hen een apart formulier invullen en opsturen.” Ik ga er vanuit dat hier gedoeld wordt op de situatie dat de (ex-)echtgenoot van de DGA ten gevolge van een scheiding rechten heeft gekregen en die rechten niet bij een verzekeraar zijn afgestort.

Via het formulier dienen voorts de fiscale en commerciële waarden per primo en ultimo 2015 en per afkoopdatum en eventueel per 1 juli 2017 (?) te worden aangeleverd. Indien de fiscale balanswaarden 2015 die in de aangifte VPB zijn opgenomen niet juist – d.w.z. niet tegen de correcte fiscale grondslagen – zijn berekend moet alsnog een juiste berekening worden gemaakt (zie Vraag & Antwoord 17-013 d.d. 1 april 2017). Dit is vooral van belang voor de vaststelling van de korting – vast te stellen o.b.v. de fiscale waarde op de eindbalans 2015 – in geval het pensioen wordt afgekocht. Als het pensioen op de fiscale eindbalans 2015 in de aangifte VPB te laag of te hoog is gewaardeerd dient er dus een correctie plaats te vinden.

Vragen & Antwoorden
Het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen (CAP) van de Belastingdienst heeft begin april zo’n 20-tal Vragen & Antwoorden gepubliceerd. Naast het hierboven reeds gemelde Vraag & Antwoord inzake een onjuiste fiscale waardering stip ik er een aantal aan:

– Indien het pensioen wordt omgezet in een ODV en er is sprake van onderdekking, dan mag onder voorwaarden het ‘gedekte’ deel van de ODV worden afgestort in een lijfrente bij een bank of verzekeraar en het resterende deel worden prijsgegeven (Vraag & Antwoord 17-009 d.d. 1 april 2017);
– Als een ingegaan pensioen wordt omgezet in een ODV en de DGA is ouder dan de AOW-leeftijd plus 5 jaar, dan mag de ODV niet meer worden afgestort in een lijfrente bij een bank of verzekeraar (Vraag & Antwoord 17-008 d.d. 1 april 2017);
– Als er ten gevolge van het overlijden van een DGA na 2015 een partnerpensioen is ingegaan en de partner wil het pensioen afkopen, dan moet de korting worden berekend over het deel van de waardering op de eindbalans 2015 dat slechts ziet op het partnerpensioen. Een onredelijk standpunt  (Vraag & Antwoord 17-015 d.d. 1 april 2017);
– Als een BV uitvoerder is van zowel pensioen als een loonstamrecht, en er sprake is van onderdekking, dan leidt afkoop van het pensioen tot belastingheffing over de WEV van het loonstamrecht (Vraag & Antwoord 17-001 d.d. 1 april 2017).

Geen bevredigende Vragen & Antwoorden DGA-pensioenpolissen
De gepubliceerde Vragen & Antwoorden bieden geen oplossing voor de knelpunten inzake DGA’s met een pensioenpolis die ik signaleerde in twee blogs: onbepaald deel verzekerd en bepaald deel verzekerd. Ik heb in de wandelgangen vernomen dat dit op ministerieel niveau moet worden geregeld. We wachten de nadere besluitvorming af.

Uitvoeringsbesluiten
Inmiddels zijn er in verband met de uitfasering twee uitvoeringsbesluiten uitgevaardigd: een besluit in verband met de coulancetermijn van drie maanden en een besluit inzake de transitoire actiefpost ‘vooruitbetaalde indexatie’.

Ten slotte
De uitfasering begin steeds meer vorm te krijgen maar er zijn nog veel openstaande vragen. Deze zullen hopelijk snel worden beantwoord.


David Bakker

Wilt u op de hoogte blijven? Schrijf u dan hieronder in voor de nieuwsbrief.