Erfbelasting bij vrijval pensioen- en stamrechtverplichtingen

Erfbelasting bij vrijval pensioen- en stamrechtverplichtingen
4 februari 2019
Art. 13a Successiewet 1956 is een ingewikkelde en enigszins onderbelichte bepaling die al sinds 1995 (vernieuwd per 1 maart 2003) in de wet staat. Reden om er eens een keer bij stil te staan. De bepaling beoogt elke waardestijging van de aandelen, ten gevolge van iemands overlijden, te belasten met erfbelasting bij degene die behoort tot de volgende groep van (aanmerkelijkbelang)aandeelhouders: de partner van de overleden persoon en zijn bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad of hun partners.

Het hoeft niet per se te gaan om waardestijgingen van aandelen in een specifiek pensioenlichaam. De bepaling kan ook waardestijgingen van aandelen in een werkgever-BV, een holding-BV of een pensioen-BV treffen.

Een waardestijging van aandelen ten gevolge van overlijden kan bijvoorbeeld (ook) optreden indien de erflater het vruchtgebruik had op een onroerende zaak van de BV. Door het overlijden groeit het eigendom van bloot naar vol eigendom, hetgeen een waardetoename inhoudt. In de praktijk zal het evenwel vooral gaan om waardetoenames ten gevolge van de sterftewinst die optreedt bij vrijval van pensioen- en stamrechtverplichtingen. Ten aanzien van stamrechtverplichtingen kan het zowel gaan om goudenhanddrukstamrechten die zijn ondergebracht in een stamrecht-BV als om stakingswinstlijfrenten die zijn bedongen bij de inbreng van een onderneming in een BV.

Wellicht ten overvloede: een ODV-verplichting valt bij overlijden nooit vrij.

Waardedrukkende verplichtingen
Bij de bepaling van de belaste waardestijging blijven buiten beschouwing verplichtingen die ontstaan ten gevolge van iemands overlijden en een waardedrukkend effect op de aandelen hebben (art. 13a lid 3 SW 1956). Een voorbeeld hiervan is de verplichting die voortvloeit uit een contraverzekering. Een uitzondering geldt voor de ten gevolge van het overlijden ontstane verplichting om het partnerpensioen uit te keren. De stijging van de waarde van deze verplichting bij overlijden vermindert wel de belaste waardestijging.

Tijdens het voorjaarsseminar van 27 maart a.s. zal de werking van art. 13a aan de hand van een casus nader en cijfermatig worden toegelicht.

David Bakker

Wilt u op de hoogte blijven? Schrijf u dan hieronder in voor de nieuwsbrief.